Via
de Vereniging Stoomvaart komt de uitnodiging binnen voor "Oostende voor
Anker". Het staat dit jaar in het teken van stoom.
We zijn wel in voor een aparte reis en schrijven ons in. We mogen komen
en de voorbereidingen gaan in volle gang.
Omdat het op zee handig is om te weten waar je bent willen we voor
vertrek nog GPS en
AIS
installeren. Via Floor komen we bij Johan van Alphatron een erkend
installateur die ons
graag wil helpen. Er worden heel wat avonden besteed aan bedrading
doortrekken zonder
al te veel nieuwe gaten te hoeven boren in bestaande betimmering. Er
worden paddenstoelontvangers op het dak van de stuurhut bevestigd en
voor de
antennes moet er op onhandige hoogte in de mast geklommen en geklauterd
worden.
Voor de veiligheid worden via Jan Visser van de Dockyard V noodvuurpijlen aangeschaft en via de Firma Kotug is Cosalt bv bereid gevonden ons een reddingsvlot uit te lenen voor de zeereis. Een 20m lijn wordt bevestigd aan één van de reddingsboeien en aan een andere komt een lamp. Er worden nieuwe zeekaarten aangeschaft. Er wordt schoon schip gemaakt, proviand ingeslagen en bemanning geronseld. Dit laatste valt niet mee. We moeten het nog steeds hebben van vrijwilligers dus iedereen heeft nog verplichtingen bij baas, school, vrouw en kinderen. Mede door die reden vertrekken we pas op donderdag en moeten we wel over zee anders gaan we het niet redden om op tijd in "Oostende" aan te komen.
Omdat we vroeg vertrekken slapen we de nacht ervoor aan boord. De
machinist en stoker
staan vroeg op om vuur te maken. Iets later dan gepland vertrekken we
dan.
Al gauw blijkt dat door alle drukke werkzaamheden tot op het laatste
moment,
niemand nog tijd heeft gehad om zich te verdiepen in de werking van de
GPS en AIS. Na veel gepruts en Engelse handleidingen lezen krijgen we
een paar waypoints
ingevuld. Maar we komen er achter dat er helaas een mankement is met de
ontvangers.
Op de AIS krijgen we geen heading en de GPS valt telkens uit.
Al tussen de pieren krijgen we last van mist.
Kees vraagt of iemand het kompas wil gaan halen. En "gewoon ouderwets"
met kaart en liniaal zet hij de koers uit. De verrekijker komt erbij en
om de beurt kijkt de bemanning uit naar boeien en herkenningspunten.
Er liggen drie vissersbootjes voor anker die op hun gemak
aan het vissen zijn. Wij schrikken ervan, zouden ze dat ook doen van
ons.......
Dan trekt de mist weer op en schijnt de zon en lijkt er niets aan de
hand.
Maar dan ineens slaat de mist weer toe. Op een gegeven moment horen we
om ons heen
misthoorns van zeeboten en we staan met tranende ogen met drie man
voorop te turen in de mist naar schepen of boeien.
We zien een boei maar het is niet degene die we zoeken. Via de marifoon horen we dat we in de weg liggen maar dat kan niet. Kees besluit dat we bij deze boei blijven liggen totdat we meer kunnen zien. Later blijkt dat we in de buurt van Zeebrugge door de stroming dwars weggezet zijn waardoor we niet zijn uitgekomen waar we dachten maar midden in de vaargeul liggen. Gelukkig werkt de AIS wel zo dat anderen ons kunnen zien. Naast de boei gelegen zien we vijf grote zeeschepen voorbij komen. Als deze voorbij zijn trekt gelukkig de mist ineens weer op en Kees ziet een herkenningspunt in de verte. Klappend van de stoom na de minutenlange onderbreking stevenen we hier op af. Allemaal toch lichtelijk opgelucht. Tot Oostende hebben we nu redelijk goed zicht.
Op de pier lopen mensen die ons nieuwsgierig verwelkomen. We worden gevraagd door een hulpbootje of we assistentie nodig hebben in de sluis. Maar dat gaat ons alleen ook wel lukken. Kees fluit de Belgen tegemoet. Dit levert positieve reacties op van het publiek aan de wal. Eén man zegt dat hij ons niet gehoord heeft. Huh, denken we. Hij blijkt de machine te bedoelen. We zeggen dat het ook de bedoeling is dat je die niet hoort.
We meren af in het Mercatordok naast de VIC 96. Een Engels bevoorradingsschip. Dit blijkt een goede zet te zijn. We hebben er de komende dagen erg gezellige buren aan. We varen als enigste stoomboot één keer per dag met genodigden. Hiervoor moeten we dan weer naar buiten schutten. Het verval is soms groot wat wel eens problemen oplevert om onze trossen weer los te krijgen. Maar als Kees erbij komt en een paar flinke slingers in de tros gooit lukt het toch. Ook verliezen we regelmatig een willetje die we dan weer moeten oppikken. Maar de genodigden zijn gezellig en erg enthousiast.
We helpen mee op de VIC 96 als ze kolen uit het ruim hijsen voor de stoomloc op de wal. Deze staat op een oplegger maar ziet toch kans er een ton kolen in korte tijd doorheen te jagen. En aangezien hun bevoorrading niet op komt dagen nemen ze kolen van de VIC 96 over. Jurgen staat aan de stoomlier en Kees helpt met het inhalen van de boom met een snelheid die de Engelsen niet gewend zijn. Als op de laatste avond de vuren van de VIC 96 schoongemaakt worden snellen onze mannen erheen om te helpen. Er worden emmers as en sintels opgetakeld. Dat waren ze eigenlijk niet meer gewend, onze vuren leveren weinig of geen as en sintels meer op. Dinsdagochtend vertrekken we weer huiswaarts na een heerlijk pinksterweekeinde. Het weer is goed, een beetje heiig maar geen mist. Zonder problemen zijn we na een kleine 12 uur weer terug in de Voorhaven. Al met al een reis die voor herhaling vatbaar is. Bekijk de gemaakte foto's.